Database Flora en Fauna van start

Regio 32 keer gelezen

Regio - Het Stadsgewest Haaglanden en de Gegevensautoriteit Natuur van het ministerie van LNV gaan een proef doen met het inwinnen van gegevens over flora en fauna, habitats en andere ecologische data.

Minister Gerda Verburg en regiobestuurder Marcel Houtzager van het Stadsgewest ondertekenden daarvoor donderdag een overeenkomst. Doel is om snel overzichtelijk te krijgen waar rekening moeten worden gehouden met beschermde plant- en diersoorten en waar ruimte is om te bouwen en te ontwikkelen en verder voor vergunningverlening, educatie en voorlichting.

Haaglanden wordt hiermee de eerste regio in Nederland die ervaring opdoet met het uitwisselen en benutten van natuurgegevens. Het gaat om gegevens van de negen Haaglanden-gemeenten en van particuliere organisaties verenigd in de Vereniging Onderzoek Flora en Fauna (VOFF). De gegevens worden gedurende het project opgeslagen in de Nationale Databank voor Flora en Fauna van het Ministerie.

Voor de Gegevensautoriteit Natuur van het Ministerie is dit een eerste stap richting een landelijke databank van betrouwbare en goed beschikbare natuurgegevens. Met de ervaringen uit dit proefproject worden de instrumenten en procedures rond de gegevensvoorziening verder vorm gegeven. Het is de bedoeling de ervaringen van beide partijen later te gebruiken voor landelijke toepassing.

Marcel Houtzager, regiobestuurder Groen van het Stadsgewest Haaglanden: "Met het opwaarderen van onze groene structuur, zoals we in ons Regionaal Structuurplan 2020 bepleiten, willen we ook de biodiversiteit versterken. Dit soort gegevens is daarvoor onmisbaar. Ik ben er van overtuigd dat we op deze manier de gemeenten in Haaglanden, en uiteindelijk in heel Nederland, kunnen helpen hun bouw- en ontwikkelplannen vlotter te realiseren en tegelijkertijd hun natuurwaarden te behouden."

Waarom een landelijke voorziening voor natuurgegevens (Nationale Database Flora en Fauna)?

In Nederland neemt de vraag naar kwalitatief hoogwaardige informatie over onze natuur steeds meer toe. Zo is juiste informatie over de natuur nodig om ecologische consequenties van ruimtelijke plannen vooraf te kunnen beoordelen en te laten meewegen bij de besluitvorming. Maar ook is informatie over onze natuur essentieel voor vergunningverlening, educatie en voorlichting op het gebied van flora en fauna en de leefomgeving.

Op dit moment is er nog geen landelijke voorziening waarin alle beschikbare gegevens over natuur zijn verzameld en worden beheerd. Zo'n voorziening is nodig als eerste stap op weg naar die kwalitatief hoogwaardige informatie.

De Nationale Database Flora en Fauna (NDFF) bevat op dit ogenblik meer dan 20 miljoen waarnemingen, circa 3% van deze waarnemingen is gedaan op het grondgebied van het Stadsgewest Haaglanden.

Nederland telt 40.000 soorten. 1 à 2 % van deze soorten heeft aandacht nodig omdat ze in haar voortbestaan wordt bedreigd (wettelijke beschermd, rode lijst, etc.). Er zijn in Nederland 18.000 vrijwilligers waarvan de waarnemingen worden opgeslagen in de NDFF.

Met Ministerie van LNV stelt de komende vier jaar (2007-2011) 20 miljoen euro ter beschikking voor de ontwikkeling van de NDFF.

Wat is de Gegevens Autoriteit Natuur?

Door de kwaliteit van de natuurinformatie te waarborgen wil de GA-N een brug slaan tussen economie en ecologie. De GA-N ontwikkelt een (digitale) infrastructuur zodat gegevens beschikbaar en betrouwbaar zijn. Daarnaast stimuleert de Gegevensautoriteit een betere aansluiting tussen vraag en aanbod naar natuurgegevens. Deze gegevens, over de verspreiding en ontwikkeling van flora en fauna in Nederland, zijn van groot belang voor een breed scala aan gebruikers: van bedrijfsleven en (semi-) overheden tot maatschappelijke organisaties en wetenschap.

Waarom een pilot met Stadsgewest Haaglanden?

Binnenkort is de eerste versie van de landelijke voorziening beschikbaar: de Nationale Database Flora en Fauna (NDFF). Ervaring opdoen met die voorziening is zeer waardevol. En juist daarom is het tot samenwerking tussen LNV en het Stadsgewest Haaglanden gekomen.

Deze eerste versie van de landelijke voorziening is tot stand gebracht door intensieve samenwerking tussen de VOFF (Vereniging Onderzoek Flora en Fauna) en de Universiteit van Amsterdam / vakgroep IBED (Institute for Biodiversity and Ecosystem Dynamics).

Wat is het doel van de pilot in Haaglanden?

Het doel van de pilot in Haaglanden is meerledig.

De doelen voor het Stadsgewest Haaglanden zijn:

Ervaring opdoen binnen het Stadsgewest Haaglanden met uitwisseling van natuurgegevens via een digitale databank voor flora- en faunagegevens. De gegevens voldoen aan de daaraan gestelde kwaliteitseisen en komen beschikbaar vanuit:

· de gemeenten in de regio Haaglanden (Delft, Den Haag, Leidschendam-Voorburg, Midden-Delfland, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk, Wassenaar, Westland en Zoetermeer);

· Provincie Zuid-Holland, Hoogheemraadschap van Delfland en mogelijk andere hoogheemraadschappen en lokale/regionale partijen;

· andere (landelijke) gegevensleverende organisaties.

Gedurende de pilot zal vooral onderzocht worden of de door de NDFF ter beschikking gestelde data ingezet kunnen worden bij (inter)gemeentelijke processen. Daarbij is de verwachting dat de beschikking over een NDFF de kosten en doorlooptijd van die processen positief beïnvloedt. Bovendien kan de databank benut worden voor educatieve en publicitaire doeleinden.

Vanuit GA-Natuur is het doel van de pilot:

Ervaring opdoen met het aansluiten van een gemeentelijke partij op de NDFF en het in kaart brengen van de noodzakelijke afspraken en stappen. De kennis die in deze pilot wordt opgedaan wordt gebruikt bij het verder ontwikkelen van de instrumenten, de procedures en de organisatie rond een landelijke voorziening om uiteindelijk de landelijke implementatie zo gemakkelijk mogelijk te laten verlopen.

Kortom, het doel vanuit het Stadsgewest Haaglanden is vooral gericht op de effectiviteit van de NDFF. De doelstelling vanuit GA-Natuur is meer gericht op het adequaat inrichten van een landelijke voorziening, waarvan het Stadsgewest de eerste regionale/gemeentelijke gebruiker wordt.

Hoe lang duurt de pilot?

De pilot loopt tot de zomer van 2008. Daarna zal een evaluatie worden uitgevoerd. De resultaten daaruit zullen worden gebruikt voor het verder ontwikkelen van de landelijke voorziening. Zo wordt het proces van natuurgegevens naar natuurinformatie cq. kennis gefaciliteerd.

Terverduidelijking: Vaak is het niet voldoende om alleen te inventariseren welke soorten in een gebied voorkomen, maar is er een achterliggende vraag, zoals: "Kan ik met zekerheid vaststellen dat een bepaalde soort in een gebied niet voorkomt als ik hem niet heb waargenomen?" JA lijkt een logisch antwoord, maar dat is niet het geval. Want hoe volledig kan men zijn met waarnemen? De ene soort leeft in een gebied, het andere gebruikt het als fourageergebied, een derde broedt er alleen. De ene soort is heel schuw, de andere juist weer niet. Maar belangrijk is ook: op welk tijdstip heb je waargenomen, in welk jaargetijde? Ga zo maar door. Allemaal factoren waarmee rekening gehouden dient te worden als je van natuurwaarnemingen de stap naar kennis over de natuur wilt zetten. Dit proces van waarnemingen naar kennis is dus een langdurig, doch uiterst relevant proces, waar nog heel veel onderzoek bij nodig is en veel geleerd kan worden.

Staat deze pilot op zichzelf?

Nee, door de Gegevens Autoriteit Natuur is een meerjarenplan ontwikkeld waarbinnen ruimte is gereserveerd voor een aantal pilots. De pilot Haaglanden richt zich op het aansluiten van gemeentelijke overheden op de landelijke voorziening. Daarnaast zullen nog pilots starten met Staatsbosbeheer en zo mogelijk met Stichting NatuurBank Limburg en Natuurmonumenten. Dit om ervaring op te doen met de aansluiting van terreinbeherende organisaties op de landelijke voorziening. Daarna start de aansluiting van adviesbureaus en derden op de landelijke voorziening.

Daarnaast zal het 'vullen' van de landelijke voorzieningen worden uitgebouwd door aan alle vrijwilligers die aangesloten zijn bij de PGO's (Particulier Gegevenensverzamelende Organisaties) en de VOFF, een internettoegang aan te bieden. Dan zijn die vrijwilligers in staat om vanaf hun PC, of zelfs via een PDA in het veld, waarnemingen over de natuur digitaal aan te leveren.

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant