Afbeelding

Nick Toussaint gaat voor zijn kansen bij Oliveo en wil in voetsporen treden

Nick Toussaint (20) beleefde zaterdag een bijzonder aangename voetbaldag. In de ochtenduren scoorde de aanvaller tweemaal bij Oliveo onder 23 jaar tegen FC Boshuizen (3-1). Later op de dag wist hij als invaller ook nog eens het doel te vinden voor het eerste elftal tegen TAC’90 (1-6). De ploeg van Edwin Vurens is de competitie zo voortvarend van start gegaan met twee overwinningen op een rij. FC Zoetermeer werd op de eerste speeldag al met 4-2 verslagen. Ook Graaf Willem II/VAC, Vredenburch, HPSV en REMO kwamen de eerste twee speelronden zonder schade door.

Nick Toussaint heeft zich bij de start van het nieuwe voetbalseizoen voorgenomen meer aandacht aan zijn voetbalcarrière te schenken. Tot vorig seizoen voetbalde hij ook zeker graag. Alleen waren andere zaken in het leven ook wel aantrekkelijk voor hem, zoals een weekendje weg, een vakantie tussendoor of een avondje stappen. Nu Oliveo met het standaardteam voor de zaterdag heeft gekozen, zijn de geneugten des levens een stuk gemakkelijk te combineren met het voetbalen op niveau.
Zo kan het gebeuren dat hij zondagavond de telefoon opneemt vanuit een strandhuisje op Kijkduin. “Ik zit hier gezellig met mijn vriendin. We hebben een overnachting geregeld. Het grote voordeel van het voetballen op zaterdag is de vrijheid die er is om op zondag leuke dingen te doen”, lacht Toussaint.
Het is niet verwonderlijk dat hij deze zondag in een uitstekend humeur huist. Toussaint scoorde een dag eerder driemaal in twee teams. Zo waren daar zijn twee treffers voor Oliveo onder 23 tegen FC Boshuizen (3-1). “Die goals scoorde ik voor rust. In de pauze hoorde ik dat ik mij bij het eerste moest melden. Zij moesten in Den Haag tegen TAC’90 voetballen. De tweede helft was al begonnen toen ik daar aankwam. Gelukkig gunde onze trainer Edwin Vurens mij in de slotfase nog wat speeltijd.”
Toussaint pakte de geboden kans met twee handen aan. De spits tekende voor het zesde juichmoment van de Pijnackernaren, die met zes uit twee uitstekend van start zijn gegaan in het debuutseizoen in de zaterdag vierde klasse D. “Gelukkig kreeg ik nog wat speeltijd. Tja en het enige wat je dan als aanvaller kan doen, is scoren. Daar wordt een spits nu eenmaal op beoordeeld.”

De grote doorbraak
Zijn optreden in de hoofdmacht van de zaterdag vierdeklasser was niet zijn debuut. Vorig seizoen maakte Toussaint al voor de eerste keer zijn opwachting in de hoofdmacht. De grote doorbraak liet alleen op zich wachten. “Dat was deels ook mijn eigen schuld. Ik vond andere dingen ook leuk om te doen en was daardoor niet altijd even serieus met voetballen bezig. Dat is nu anders. Ik ga tijdens de trainingen en wedstrijden mijn stinkende best doen om te laten zien dat ik het niveau aan kan.”
Hij heeft een familienaam hoog te houden op Sportpark De Groene Wijdte. Zijn vader Ro was jarenlang een meer dan gewaardeerde verdediger. “Hij was een back, dat herinner ik mij nog wel. Ik ging vroeger altijd mee wanneer hij moest voetballen. Ja, mijn vader was zaterdag trots, maar lang niet zo trots als mijn opa. Die vindt het helemaal geweldig als ik het goed doe. Dan laat hij dat iedereen weten”, lacht Toussaint. Hij staat dit seizoen voor een paar interessante uitdagingen. “Zowel met het onder 23 team als met het eerste moeten we zien te promoveren. Met de onder 23 jaar selectie willen we naar de tweede divisie. Met mijn 20 jaar ben ik opmerkelijk genoeg een van de oudere spelers van de groep. Het is superleuk om samen te spelen met jongens waar ik al bijna vijftien jaar mee optrek in de sport. Dat is ook Oliveo ten voeten uit.” Nu hij van nieuwe trainer Edwin Vurens de kans heeft gekregen zich te manifesteren in het eerste elftal wil hij ook daar voor de prijzen gaan. “We moeten zo snel mogelijk uit de vierde klasse zien te promoveren. Daar hoop ik een bijdrage aan te kunnen leveren. De concurrentie in de selectie is groot, dus daar waar ik mijn kans krijg, moet ik deze pakken. Zowel tijdens de trainingen als in de wedstrijden afdwingen dat de trainer een beroep op mij doet.”