Kopje van dodaars tussen aarvederkruid. (foto: Peter Elfferich)
Kopje van dodaars tussen aarvederkruid. (foto: Peter Elfferich)

Onderduikers

Actueel 1.495 keer gelezen

In de omgeving van Pijnacker komen twee kleine futensoorten voor. Je krijgt ze niet zo makkelijk te zien, onder andere omdat ze tamelijk zeldzaam zijn en uitstekend kunnen onderduiken.

Eind juni wandel ik met mijn man in een nieuw aangelegd recreatiegebied in de Driemanspolder, aan de rand van Zoetermeer. Vanaf een brug zien we daar een paartje geoorde futen met jong. Ze zijn vrij ver weg en lastig zichtbaar tussen de begroeiing, maar we zijn verheugd deze fraaie fuutjes met nageslacht te zien. In de Groenzoom worden ze ook wel eens waargenomen, maar een broedgeval is ons niet bekend. Als de geoorde futen zijn verdwenen zien we achter ons een dodaars. Geoorde futen zijn iets groter dan dodaarsjes. Ze hebben een felrood oog en decoratieve toefjes goudkleurige sierveren op de plek van de gehooropening, terwijl dodaarsjes zwarte ogen hebben, lichtgele mondhoekjes en een oranjebruine vlek bij het oor. Vanaf de brug zien we het dodaarsje jagen op kleine waterdiertjes. Telkens duikt hij onder in het kristalheldere ondiepe water. Als hij opduikt om adem te halen komt alleen het kopje boven het oppervlak, als de periscoop van een onderzeeboot. Soms verschijnt hij te midden van bloeiend aarvederkruid: een ondergedoken waterplant, waarvan de bloeiwijzen boven water uit steken. Minutenlang genieten we van de onderduikende dodaars, tot hij uit zicht verdwijnt.

De waarneming herinnert me aan de eerste keer dat ik een dodaars zag, circa dertig jaar geleden in een kanaal in Delft. Het was winter. In dat jaargetijde is de kans om dodaarsjes te zien groter dan de rest van het jaar. Ik zag de kleine fuut heel kort, toen dook hij onder. Nog geruime tijd heb ik staan wachten in de hoop hem nogmaals te zien, maar tevergeefs. Het verbaasde me dat hij niet meer boven kwam. Toen ik hierover sprak met een ervaren vogelaar, pakte hij een dik Duits naslagwerk uit zijn kast “Handbuch der Vögel Mitteleuropas”. Daarin stond dat dodaarsjes zich onder water met de poten aan waterplanten kunnen vasthouden en de snavel als snorkel gebruiken. Zo kunnen ze eindeloos lang onderduiken tot de kust veilig is.

Vroeger zagen we regelmatig dodaarsjes in de Groenzoom, soms met jongen. Tegenwoordig zijn ze echter op die locatie verdwenen. Ze zitten nog wel in een moerassig gebiedje in het Balijbos dat de Scheg heet en verraden hun aanwezigheid vaak door hun karakteristieke hinnikende roep. Zowel geoorde futen als dodaarsjes hebben een voorkeur voor nieuw aangelegde gebieden. Voor beide onderduikers geldt: je moet een beetje geluk hebben om ze te zien.

Caroline

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant