Op de foto staat een van de mensen die in het lied worden genoemd. Dat is Ben Verburg. Hij staat uiterst rechts. De oorlog overleefde hij maar beginjaren vijftig overleed hij heel tragisch, kort voordat hij zou trouwen, bij een ongeluk met een hooibarg. Van links naar rechts zien we: Jo Koot, Niek van Adrichem, Jans Koot en Ben Verburg. Knielend Nel van Adrichem (zus van Niek) en Kees Janssen.
Op de foto staat een van de mensen die in het lied worden genoemd. Dat is Ben Verburg. Hij staat uiterst rechts. De oorlog overleefde hij maar beginjaren vijftig overleed hij heel tragisch, kort voordat hij zou trouwen, bij een ongeluk met een hooibarg. Van links naar rechts zien we: Jo Koot, Niek van Adrichem, Jans Koot en Ben Verburg. Knielend Nel van Adrichem (zus van Niek) en Kees Janssen.

Lied over uit Duitsland teruggekeerde Pijnackerse jonge mannen

Actueel 2.128 keer gelezen

Ook vanuit Pijnacker-Nootdorp zijn in de oorlog heel veel jonge mannen door de Duitsers gedwongen om werk te verrichten voor De Bezetter. Duitsland kwam arbeidskrachten tekort omdat veel eigen ‘volk’ aan de diverse fronten actief was. Veel mannen doken onder, voor langere of kortere tijd.

Als bekend werd dat de Duitsers een razzia aan het houden waren, ging dat bericht als een lopend vuurtje en verstopten de mannen zich op alle mogelijke plekken. Niettemin gingen er heel veel naar Duitsland. Ze hebben het niet allemaal overleefd maar de meeste kwamen na de oorlog weer terug. Annie van der Burg-Van Adrichem heeft vanuit de nalatenschap van haar vader Niek de tekst van een lied gevonden waarin de teruggekeerde mannen allemaal een eigen coupletje krijgen. De melodie van het lied is nog niet achterhaald. 

Het lied/gedicht heet ‘Welkom na afscheid’ en is gedateerd op 20 juli 1945. Wie meer informatie heeft, kan contact opnemen met de redactie of met Annie. Haar eigen vader Niek dook overigens onder bij familie aan de Rijskade in Pijnacker, maar zijn eigen moeder wist niet eens dat hij daar zat. In de laatste strofe staat dat ene Jeanne het lied heeft gemaakt. Verder wordt duidelijk dat de teksten zijn gebaseerd op brieven die de jonge Pijnackerse mannen naar huis schreven.

Zie het menselijk bestaan
’t Is voorwaar ’n lach en ’n traan.
Al hangt er ’n donkere lucht,
de zon jaagt die op de vlucht.

Dit zal ook weer blijken gaan,
als we hier aan het rijmen slaan.
Al bracht die vijf jaar oorlogstijd
Ons ook heel veel narigheid.

De moffen namen ’n besluit
En breidden hunne grenzen uit
Ze overstroomden toen ons land
En staken Rotterdam in brand.

Na de dag van veertien mei
Was het lang nog niet voorbij
Want het bleek ’n reuze sof
Beschermd te worden door ’n mof.

Weldra was het ongegrond
Duitsland wint op ieder front

De Führer zag het toen al gauw
Dat zijn Krieg niet vlotten wou.

Hij heeft ’n duivels plan gesmeed
En dat bracht hier erg veel leed
De “arbeidsinzet” werd ’n feit
We zaten in de narigheid.

Het bracht schrik en heel veel smart
Wel in ieder ouderhart
Men had geen rust na dien dag
Toen men jullie verdwijnen zag.

Zo begon het drama ras
Dat de arbeidsinzet was.
Er volgt hier nu ’n fragment
Die in je brieven werd bekend.

Van Wim de Bruin wordt er beweerd
Dat hij heeft gesaboteerd.
Hij maakte het werk ongedaan
Door kortsluiting te begaan.

Leen Kerklaan ging met verlof
Dat was voor hem ’n reuze bof.
Zo dook hij het Westland in
Dat was beter naar z’n zin.

Van Jaap Kneppers hoord’ men dat
Niet een meisje hem vergat
Zo berichtte Jaap ons gauw
Hij er maar één kiezen zou.

Koos Oudshoorn was twee jaar
Heel alleen met moffen daar
Maar ondanks dat, Koos kwam weer
En bleef zelfs nog ‘n “meneer”.

Huib Tetteroo, die zag heus
Er viel ’n bom vlak voor z’n neus
Van Huib staan we gewoon versteld
Wat of die vent al niet vertelt.

Dit weet men van Aad Haket
Die deed daarginds ’n linke zet
Hij vond ’t moffenland niet pluis
En vertrok toen stil naar huis.

Bert van Koppen, wat ’n gein
Dronk eens van de appelwijn
En zo zag hij geen kans meer toen
Zelfs zijn sokken uit te doen.

En Koos Hogervorst die had
Vlees in blik van ’n mof gejat
Dat was die vent niet naar de zin
Hij stuurde Koos de bajes in.

Piet van der Burg kreeg gedaan
’n Lid der Hitlerjeugd te slaan
Het ging heel goed, het leek of dat
Hij de Führer zelf te pakken had.

Gerrit Burg vindt de meisjes gek
Ze vliegen “Tommies” om hun nek
“Dat omhelzen”, zei hij toen.
“Kunnen ze beter ons maar doen”.

We hoorden van Piet Oosterman
Dat hij heel goed lopen kan
Hij liep met ’n koffer in z’n hand
Zeventig mijl door ’t moffenland.

Ik weet van Ben Verburg dat
Hij graag de verboden zender had.
En ging z’n baas dan vroeg naar bed
Was de BBC gauw aangezet.

Roel Hogervorst klom blij van zin
Bij zijn baas de bomen in.
Op twee ladders tegen elkaar
Plukte hij zo d’appels daar.

Nico Rutten was alles kwijt
En toen had hij reuze spijt.
Maar nu heeft hij toch weer wat
Want in Brabant woont zijn schat.

Cor van Winden heeft in Amby gebivakkeerd
Toen hij was “gerepareerd”
Als je aan hem vraagt “Hoe was ’t daar man?”
“Geweldig zeg”, is het antwoord dan.

Dirk Stap zou in ’t moffenland
Helpen blussen bij een brand.
Hij heeft ’t vuur goed opgepookt
Het hele huis werd afgestookt.

In de barakken, ’t is echt waar
Slapen er twee drie boven elkaar
Huug Metselaar trok aan ’t plankenstel
Het gevolg begrijpt u wel.

De mooiste brieven van allemaal
Waren van Piet Remmerswaal
Hij was van schrijven vast niet bang
En schreef brieven meters lang.

Al ging Kees Schuring zo lang heen
Hij kan ’n voorbeeld zijn voor menigeen
Want van Kees zag men al gauw
Hij bleef daar ginds z’n meisje trouw.

Sas Rutten maakte menigmaal
Daar over de politiek kabaal
Dan hield hij ’n heel relaas
Met de dochter van z’n baas.

’n Donkere avond bij ’t Verlaat
’n Razzia daar op de straat
Theo van der Ende werd onverwacht
Naar het moffenland gebracht.

Sinds die tijd Henk Langelaan
Uit d’ Noord-Oost Polder is gegaan
Gaat de Hoogmis daar niet door
Want hij alleen is lid van ’t koor.

In de Noordweg keek men raar
De “Luftwaffe” zag men daar
Die kwamen zo maar uit Berlijn
Het bleek Jacques Soeterbroek te zijn.

Jaap Tetteroo raakte licht gewond
Zodat men hem naar Holland zond
En Jaap die dacht: “Nu duik ik vlug
Nooit zien ze me daar nog terug”.

Van Bertus van den Bosch is verteld
Hij heeft zich eens ziek gemeld
Doch in bed was niets gedaan
Hij is er ’n week van door gegaan.

Cor Ruigrok had z’n bazin gezegd
“In Holland is ’t nog niet zo slecht”
Ze zei: “Cor doe ons één plezier
En breng de chocola mee naar hier.”

Toen Arend Burg was uitgebomd
Stond hij de andere dag verstomd
Zijn kamer was gelijk een bad
De regen was door ’t dak gespat.

Koos Stolk hoorde eens van thuis
Met de klompen was ’t niet pluis
Hij probeerde het toen daar
Het kwam reuze voor elkaar.

Een preek van een pater in Noordwijkerhout
Had Adriaan Harg erg benauwd.
Maar hij trok de stoute schoenen aan
En kan gerust zijn gang weer gaan.

Die peren hingen daar zo fijn
Piet Rijnbeek zei: die zijn voor 'mijn'.
Hij heeft toen even goed gepierd
Und die ganze Baumgart ausradiert.

Nog hebben we geen kans gezien
Te rijmen voor een man of tien
We hadden het wel graag gedaan
Maar de stof ontbrak er aan.

We houden het hier maar bij
En zetten een punt achter de rij.
Wie dit liedje heeft gedaan?
U snapt het wel ’t is onze Jeanne.

Stuur jouw foto
Mail de redactie
Meld een correctie

Uit de krant