Marieke van Bijnen: “Je kunt niets alleen bereiken”

Pijnacker-Nootdorp - Marieke van Bijnen (35), fractievoorzitter van Progressief Pijnacker-Nootdorp zit inmiddels tien jaar in de gemeenteraad, maar is eigenlijk al sinds jongs af aan politiek actief. Ze streeft naar gelijke kansen voor iedereen. Volgens haar moeten mensen gelijke kansen krijgen om het optimale uit zichzelf te kunnen halen. “Ik geloof dat de samenleving voor alle mensen een gelukkigere plek is, als mensen naar elkaar omkijken, elkaar ondersteunen en hun talent optimaal benutten.”

Progressief Pijnacker-Nootdorp is een samenwerkingsverband van de lokale afdeling van PvdA en GroenLinks. De twee partijen zijn samengegaan, omdat er de afgelopen jaren veel overlap was bij beide partijen. “Lokaal gezien zijn de verschillen tussen de twee partijen niet zo groot, en samen sta je sterker én heb je een sterkere inbreng”, zegt Van Bijnen. “Ook kun je het werk beter verdelen, waardoor thema’s beter opgepakt kunnen worden. Dat is heel waardevol.”

Armoedebestrijding
De afgelopen tien jaar zette Van Bijnen en haar collega’s zich in voor gezinnen met een kleine portemonnee. Kinderen die opgroeien in armoede kunnen schoolspullen krijgen met een Kindpas. Ook werd cultuur door de introductie van de Rotterdampas toegankelijker gemaakt voor iedereen. “Investeren in het tegengaan van armoede voor kinderen en gezinnen hebben wij als partij niet alleen gedaan. We hebben het initiatief genomen, maar hebben er met andere partijen in de raad en college aan gewerkt. “Je kunt niets alleen bereiken”, zegt Van Bijnen. Het politieke pad is helaas niet altijd rozengeur en maneschijn. “Soms maak je je als partij hard voor dingen die je niet binnen haalt”, zegt Van Bijnen. De partij maakte zich bijvoorbeeld hard voor maatschappelijke voorzieningen in de nieuwe wijk Tuindershof, omdat de partij vindt dat een wijk ook ontmoetingsplekken moet hebben voor mensen. “Dat is ons niet gelukt en dat vinden we heel jammer”, zegt Van Bijnen. In Delfgauw zou de partij graag meer culturele voorzieningen zien. “In het hoofdlijnenakkoord hebben we gepleit voor een cultuurbeleid, dat is gelukt. Er zal ook naar Delfgauw worden gekeken, dus we hebben goede hoop”, zegt Van Bijnen. Onderdeel van het cultuurbeleid is ook het onderzoeken of er een cultuurhuis in Pijnacker kan komen. Volgens Van Bijnen gaat het financieel goed met de gemeente en wordt er gemiddeld gezien per inwoner weinig geïnvesteerd in cultuur. Hier liggen volgens haar nog wel kansen voor de gemeente.

Woonbehoefte
Sociale woningbouw en starterswoningen zijn voor de partij ook belangrijke punten. “Sociale woningbouw had lange tijd geen aandacht in onze gemeente.” Van Bijnen gelooft wel dat het stimuleren van doorstroming een gedeelte van de oplossing kan zijn voor het woningprobleem, maar gaat ervan uit dat er meer woningen bijgebouwd zouden moeten worden. Meer bouwen kan het verlies van het dorps karakter en groen betekenen. “Dat is voor ons wel een moeilijk punt”, zegt Van Bijnen. De partij wil graag investeren in meer groen in de nieuwbouwwijken en investeren in meer ontmoetingsplekken ín het groen. “We zijn momenteel bezig met de omgevingsvisie en we gaan vragen wat onze inwoners hiervan vinden. Bijvoorbeeld meer groen of meer huizen? Als partij willen we wel bouwen, maar niet in de groene gebieden.” De partij ziet nog kansen om bijvoorbeeld starterswoningen te bouwen bij de Randstadrail.

Klimaatneutrale gemeente
“Als gemeente willen we ook klimaatneutraal worden. Daar zijn we momenteel de plannen voor aan het ontwikkelen. We hebben ook gepleit voor duurzaam collectief advies voor inwoners in gebieden waar dezelfde woningen staan. In de wijk ‘s-Gravenhout, in Nootdorp, wordt dit momenteel bekeken. Wij zijn ook niet bang voor windmolens. In de omgevingsvisie zal onderzocht worden of er draagvlak is voor windmolens. Uiteraard moeten er niet midden in een woonwijk windmolens geplaatst worden, maar hoe erg is het als deze langs de A13 of op de rand van een bedrijventerrein komen te staan? We moeten zelf het initiatief nemen om duurzamer te worden er liggen genoeg kansen.” Van Bijnen noemt bijvoorbeeld de Enecogelden. Volgens haar zou de opbrengst van de verkoop van Eneco het beste ingezet kunnen worden op duurzaamheidsthema’s. “Investeren in duurzaamheid, betaalt zich later terug.”